In de kijker: Laurent Hendrick

01 jun 2021

Tweemaandelijks laten we je kennismaken met iemand die verbonden is aan het orkest, voor of achter de schermen. Ditmaal is dat Laurent Hendrick (bastrombone, bastuba).

 

Hoe lang maak je al deel uit van BJO?

Sinds 1995 (als ik het me goed herinner). Ik ben eigenlijk per ongeluk in het orkest beland… Op een late dinsdagnamiddag (dat is belangrijk!) zat ik in de Sounds (Brussel), na afloop van een repetitie met de bigband van het Conservatorium. Ik was in het fijne gezelschap van Richard Rousselet en Phil Abraham, waarmee ik iets zou gaan drinken. Op datzelfde moment had het BJO een repetitie en wauw! Ik was echt onder de indruk. Ik kende enkele van de muzikanten en.. vreemd genoeg, was er een lege stoel temidden van het orkest. En Phil zei: “Ga! Ze hebben niemand op de bastrombone. Ik zal aan Marc (Godfroid) vragen of je mee mag repeteren en nadien, als alles goed gaat, kan je mee een concert spelen.” Ik zie mezelf nog steeds Phil bij de arm grijpen, maar hij was al weg! Dat was dus een ware vuurdoop… Na de repetitie zei Marc: “’t Is ok voor het concert.” Sindsdien heb ik me als een gek vastgeklampt aan die stoel en ondertussen is dit ongelooflijk avontuur al 26 jaar bezig!

Wat doe/speel je in het orkest?

Ik speel de bastrombone en af en toe ook de bastuba, dus de baspartij voor de koperblazers. Maar daarnaast vormen we ook een volledige sectie met de bariton, de linkerhand van de piano, de contrabas en de basdrum.

Waarom koos je voor dit instrument/deze rol bij het orkest?

Ik heb nooit tegen mezelf gezegd: “Ik wil bastrombone spelen bij het BJO”. Het was dus geen bewuste keuze. Zoals eerder verteld: ik was simpelweg op het juiste moment op de juiste plaats. Nadien moet je jezelf natuurlijk wel afvragen hoe je vooruitgang kan boeken en de klus wil klaren.

Wat doe je nog naast BJO?

Ik geef les op verschillende academies (vooral in de regio van Charleroi) en ik speel in leuke projecten zoals die met Lady Linn of de Van Geel & Van Den Begin bigband. Ik hou van het ‘all terrain’ aspect van het muzikale vak. Buiten het muzikale milieu hou ik van verfrissende wandelingen in de natuur. Het is verbazingwekkend hoe die verbinding met de natuur krachtig en rustgevend is. Met een wandeling kan ik me echt herbronnen.

 

"Ik zou heel graag eindelijk ‘Two Places’, het project van Dieter (Limbourg), live kunnen spelen. Dat is een ontmoeting van verschillende muzikale stromingen en heel verkwikkend." - Laurent Hendrick.

 

Naar welk project kijk/keek je het meest uit en waarom?

Gezien de omstandigheden ben ik geneigd om te zeggen: eender welk project waarbij we kunnen spelen! Ik zou heel graag eindelijk ‘Two Places’, het project van Dieter (Limbourg), live kunnen spelen. Dat is een ontmoeting van verschillende muzikale stromingen en heel verkwikkend (bravo aan Dieter!). Dit gezegd zijnde, de studio-opnames van het project ‘The Future Is Now’ waren ook interessant: de achtergrond en maturiteit van dat jonge talent was indrukwekkend!

Wat is je leukste BJO-herinnering?

Zoals voor veel van mijn collega’s, was de ontmoeting met Maria Schneider echt een openbaring voor mij! Het was de eerste keer in mijn carrière dat ik me echt thuis voelde. Het was toen dat ik besefte waarom ik bastrombone speel… Het was gewoonweg magisch! Maria is een zeldzaam voorbeeld van een componiste die alle facetten van de bastrombone zo goed weet te benutten. Dankbare momenten!

Naar welke cd/Spotify-track/radiohit heb je laatst geluisterd?

Mijn muzieksmaak is heel eclectisch. Jazz at Lincoln Center Orchestra, Carla Bley, Bob Mintzer, Maria Schneider, Marty Paich, Marshall Gilkes, Michel Petrucciani, Jacob Collier,… Maar ook Couperin, Marin Marais, Monteverdi, Beethoven,… En een herontdekking: het Requiem van Mozart. Dat heb ik lang geleden al vele malen beluisterd en gespeeld. Het is een oeuvre waarvan ik ontdekt heb dat de emotionele impact die het op me heeft, nog steeds niet is afgenomen.

Wie zou je met BJO graag eens uitnodigen voor een project en waarom?

Wanneer je al werkte met de beste componisten, arrangeurs en solisten op de planeet, is de keuze erg moeilijk. Maria blijft voor mij de nummer 1. Misschien kan ze ons opnieuw vergezellen voor BJO’s dertigste verjaardag? Anders maakt het niet uit: als de kwaliteit er is, is alles mogelijk! Ik ben vooral nieuwsgierig om een nieuwe persoonlijkheid te ontdekken, om binnen te stappen in een universum dat ik (nog) niet ken… 

Hoe ga je als muzikant om met deze ongewone tijden (ten gevolge van COVID-19)?

Wat het financiële plaatje betreft, mag ik mezelf gelukkig prijzen dat ik lesgeef. Voor de rest was ik van bij het begin gefrustreerd over de heersende gelatenheid. En nadien maakte frustratie plaats voor woede. De heersende politiek en economie sturen een desastreus signaal uit door de samenleving bewust in te delen in essentiële en niet-essentiële onderdelen. Dergelijke subjectiviteit is zeer ongezond. Natuurlijk zijn er de video’s en de streams, maar dat zijn slechts noodoplossingen (en grotendeels zonder vergoeding). De protocollen waarmee de cultuursector opnieuw live kan optreden, bestaan al maanden, maar worden niet in werking gezet: “ We zijn niet essentieel…”. Belachelijk! Maar ondanks alles hebben we de plicht om te blijven geloven in wat we doen. Cultuur is wel essentieel! Dat is zo klaar als een klontje! We moeten erop blijven hameren, als een mantra. Luid en duidelijk!